Over het wielerlichaam......én de Tweedrachtzaaier.
 
Een analyse van  wielerlijf moet op het volgende neerkomen. De coureur klimt op de fiets en nestelt zich in de goede zit, daarbij gesteund door een helper die de fiets vasthoudt. Ik vind dat mooi om te zien bij baanrenners. De sprinters.... Eigenlijk dé echte renners, op een jammerlijk puntje na, zij beschikken niet over een móói rennerslichaam. De Lieve Heer heeft hen gekneed in een soort kanonballen, stiertjes op de fiets. Alle lichaamsdelen worden aan een inspektie onderworpen, tot het mensenlichaam één is met de fiets. Dan volgt het magische moment: het hele zaakje zet zich in beweging, want de benen doen datgene waarvoor zij aan een rennerslichaam zitten: trappen. De longen werken. De ademhaling is de schommel van het leven. De neus splijt na een tijdje de wind. De oren zitten plat onder de valhelm. De voetjes gaan als zuigers. De rug is recht....
De rug....dát is 'm! Met mijn vader in het Pancratiushuis destijds in de Nobelstraat, het gedenkwaardige stuk film gezien van de beklimming van de Puy de Dôme door Jan Nolten; onze eerste  échte klimmer in de Tour. Deze pedaalridder, op dat moment nog op jacht naar het gele hemd, zag in de laatste meters het tanige lijf van 'campionissimo' Fausto Coppi opdoemen. Menig chauvinistisch Limburger verliet na afloop bijna jankend de zaal, of verdronk zijn verdriet aan de plaatselijke tap met enkele liters gerstenat. Maar die rug van Jan, hè.
Volgens mijn vader kon je op die rug een glas melk zetten en dan reed Nolten er 10 km. mee weg, zonder een druppel te morsen. Zijn rug bestond uit één lange autobaan van spieren en vlees. Hij was zo sterk als de Maasbrug bij hoogtij  en knakte nooit.
De enige plaats waar de rennersrug getoond mag worden, is in de kleedkamer, na afloop, van Parijs-Roubaix. Daar zitten de uitgeputte dwangarbeiders van de weg lange tijd zwijgend op een bankje en dan plots, schuiven ze de bretels van de schouders. Alleen de winnaar niet... Krachtmens Marc de Meijer (1976) sprong zingend en lachend direkt onder de douche en schoof eerst dáár de bretels naar beneden. De verliezers hebben witte lichamen, op de gebruinde onderarmen na. De kop vol modder. En nogmaals, dood- en doodop.
Ik heb Roger de Vlaeminck daar eens zien zitten. Over een rennersrug gesproken. Het mooiste, vermoeide rennerslichaam dat je je wensen kunt.
Dan Jean-René Bernaudau.  Ik heb, door het poëtisch beschrijven van zijn niet al te kundig tactisch wielerinzicht, in dagblad De Limburger ooit een Union-rijwiel gewonnen. Zal daarom o.a. ook altijd blijven denken aan die blik van hem. Niemand kan zó weemoedig en weids in de verte kijken. Sublieme wielerogen kijken de aanbidder aan. Heb hem gezien op die gedenkwaardige namiddag, toen hij met Peter Winnen op de Alp d Huez een bijna-sur-place opvoerde. In de sprint moest hij tóch het onderspit delven tegen de Limburger. De aanblik van Jean-René was een professional méér dan waardig. Die man had een licht-chocolade huidskleur en prangende jukbeenderen. In kombinatie met zijn lichtbenig onderstel zeer appetijtelijk..
Vooral die huidskleur vond ik heel apart. Zoiets als een mengeling van een Peruaan en Afrikaanse medemens.
Na het eten nog gesproken met zijn vader. Jean had ook een tweelingbroer. Ik vertelde Pa Bernadeau dat hij dan "un sener de zizanie" was. Dijenkletsend gaf hij mijn opmerking door aan zijn companen. Een verslaggever (Theo koomen zaliger) kwam mij vragen wat dat franse gebulder inhield. Ik legde het hem uit....
                                                                     ...een Tweedrachtzaaier...
...aldus, Le Fou Pédalant.   
          


       

     

JAN WEIJMER

De naam "Jan Weijmer" behoeft geen introductie bij de oudere leden van de TVH . Jan behoort tot de oprichters van de sectie RWT in 1966 en is thans een vooraanstaand lid van de TVH. Jan is een gevreesde rouleur.

Daarnaast verwierf Jan bekendheid als een begenadigd schrijver in het het Frontsein. Jan werd  recentelijk lid van de TVH en keerde daarmee terug op het oude honk.  Hij heeft de pen alweer ter hand genomen om zijn eerste ervaringen bij de TVH als herintreder op papier te zetten. We wensen Jan het allerbeste en hopen nog vele jaren van zijn warme persoonlijkheid en zijn briljante schrijftalent te mogen genieten.





"H E R I N T R E D E"

   
..................... in het peloton? De geeigende uitdrukking voor een rijwieltoerist die lang is weg geweest. Dat gevoel had ik toen ik mij meldde op een woensdag bij 'de Valk'. Eigenlijk een verplichting, want bij de seniorenbijeenkomst van de ssovh (waar er een aantal lid van is )  had ik het beloofd.
.......................hoezo peloton? Tevoren had ik mij uitvoerig laten inlichten omtrent categorieën in de vereniging. Ongeveer een jaar eerder had ik het moet ervaren om te rijden in de "snelle" categorie. Voor mij puur sado-masochisme. Paul E. c.s. stelden voor om te gaan fietsen met de "recreanten". Wij waren bij het vertrek met ons negenen. Om 09.00 uur werd door elkeen de  eerste crankstel omwenteling gemaakt; onder de leiding van Jack Reimersdal. Ook Paul Eestermans wist van wanten. Beiden vertegenwoordigden het geografisch intellect.
Gezellig doken wij Heerlen in en vooral de wijk Welten , toch ook een van de meest mooie en sjieke.
Zou Paul hier ook (rijke) familie hebben wonen, want hij loodste ons door de meest mooie straten en straatjes?
Daarna wachtte ons het klimmetje van de Zandweg bij Parc Imstenrade. Boven werd gewacht op Jack wiens rikke-tik niet zo lang geleden een 'grote beurt' had gehad. Hij móest het rustig aan doen, want zijn rem-olie had de overhand.

Via prachtige wegen naar Bocholtz, alwaar het fietshart onstuimig richting Duitsland trok. Het eerste Duitse dorp Orsbach uitrijdend, namen de boeren wraak op Ad de Groot en Herman Lommers. Geniepige strohalmpjes hadden hun achterband doorboord. Hoorbaar maakten zij hun ongenoegen kenbaar. Gezamenlijk werd het euvel verholpen. Wederdienst werd via een bak koffie op de eerstvolgende rustpauze beloofd. Nou ja, voor zoiets doe je toch bijna alles........!!!
Niet ver van Schin op Geul opende Pluvius zijn sluisdeuren. Niet op een kier; het gutste. Het geluk was aan onze zijde. Het terras van de eerste, beste dorstlessende gelegenheid werd bevolkt door een sectie nóg ouderen van de T.V.H. Dankbaar voegden wij ons bij hen voor de (gratis?) bak leut van Ad en Herman. Ik liet me neerploffen naast de kleine, kittige, niet kattige, maar op de fiets zeer kordate Kitty Krautscheid. Geboren en getogen aan de voet van de  muur van "Huy". Met zoveel
"K's" als bagage kan het niet anders of het "Klimmen  zit in je genen. Overduidelijk door iedereen merkbaar. Het was een genot om haar óp de kleine molen' alle heuveltjes omhoog te zien vliegen.
Geen wonder. Zij vertelde mij, op haar 6e levensjaar, de Muur reeds als haar achtertuin te beschouwen. Hetgeen door  Ma niet altijd in dank werd afgenomen.
Mijn tweedee rit, met zo goed als dezelfde groep, was eveneens van een grote schoonheid. Paul en Jack  leidden ons  mooi langs de Maas en over een mini-veerbootje  naar Stevensweert.  Deze ruim 100 km. lange rit heeft mij een weinig doen afzien, maar als ik dan aan de gezellige rust met slagroom en vla-koffie denk, reed ik als op wolken.
Ik vind het een groep met geweldige dames en heren en lieve sportmensen. Een genot om mee te fietsen en grote aanwinst voor de vereniging!!!!!
 
Groetjes, allemaal,

" Le Fou Pédalant".                                               
                                  
 
       




FIETSSBENEN

 
Paul E., fietser bij de T.V.H. wordt geinterviewd door Jan W. Hij vraagt hem over de achtergronden
van de sport, de mens achter de sportman en de benen van de niet weg te denken Voorrijder. Zij worden door deze schrijver ontleed.
De eigenaar van de benen zit tegenover hem. Vraag:"Zijn er wel eens mensen die tegen jou zeggen: wat heb jij mooie fietsbenen?" Ja, er zijn wel eens mensen die dat zeggen, maar ik denk dat de meesten voor de rit, het mooie weer, de natuur, de koffie en het kletsen komen."
Jan:"Maar het ziet er mooi uit bij je...Je hebt hele bruine. Zonnebank?"
Ja, ook wel eens. Ik ben pas naar Zimbabwe geweest. Maar het meeste is toch van mezelf.
Paul draagt de nu moderne, korte fietskousjes; ik heb dus een uitstekend uitzicht op de schoonheid
van de benen. Het korte van zijn kousen hebben Paul geen glamour kunnen verlenen zoals een Hermen Lommers, Jan Maar, Frans Didderen en Sylvia. Zo jammer, dat ik nog niet de "echte" benen(verhuld door een lange broek) van Kitty Krautscheid heb mogen bewonderen. Zij moeten, net zoals de rest van haar lijf taai en tanig zijn. Paul is bijna altijd bezig met de rit en de route.
Een been van Peter Coenen of Chrit Verhoorenwordt mooi, doordat het op eigen houtje ineens een ingeving krijgt. Bij een fietser als Paul wijzen hoofd, schouders, borst en heupen -- allen in het geweer komend -- onmiskenbaar naar links- of rechtsaf. Ik rijd graag naast/achter hem en voel mij zijn schaduw soms....Tot mijn 2e rit vanaf Stevensweert. De laatste kilometer, op mijn tandvlees, zag ik het soort bruin van hem verbleken tot het witte onderstelletje van Charly Gaul. Even over hém gesproken.
In mijn herinnering gegrift dankzij de foto's van hem in een tunnel in de Dolomieten, met 3 meter lange ijspegels langs de wanden en enkele doodgevroren supporters op de grond.
Hoe tegenstrijdig waren mijn eerste twee ritten bij de T.V.H. ....!!
Alles gaat soepel lopen bij warm weer. Ik zou willen zeggen, dat bij de juiste temperatuur recreant en fiets ineensmelten tot een automatisch trappend geheel, dat nooit meer van elkaar kan worden losgemaakt. In een hagelbui voel je instinctmatig, dat je een dwangarbeider van de weg bent.
Brrrr..... niets voor mij!!
Tot slot een voor mij onvergetelijke beschouwing over überhaupt de mooiste fietsbenen. Die van Petra en Els. De grote schoonheid zit 'm in hun dijen, net boven de knie. Het wordt daar namelijk
niet smaller zoals bij ons, Het gaat kaarsrecht door naar beneden. De Petra-en Els-dijen gaan onmerkbaar over in de knieën, die als eilanden in een soepele massa spieren liggen. Om het geheel te vervolmaken, zie je onmiddellijk daaronder de kleurrijke rand van de kous.
"Le signore sono uscite"(op- en top- dames), zegt Berlusconi en schenkt hen een prachtig
strandhuis aan de Adria..!!
 
Le Fou Pédalant.